Geluidpost was een onderdeel van kunstenaarsinitiatief Lokaal 01, van 1981 tot 2013 gevestigd aan Kloosterlaan 138, Breda.
Het was een luisterkabinet in het trappenhuis van het pand, waar componisten, musici en geluidskunstenaars werden uitgenodigd om gericht werk te maken. Een plek waar geïmproviseerde jazz, electro-akoestische muziek en geluidskunst op een charmante wijze onder de aandacht werden gebracht. Club Solo brengt dit auditieve avontuur terug in Breda.
Tijdens de Culturele Zondag op 17 juli vinden in Club Solo performances plaats van Noire Antidote en Tjalling de Leeuw (post-industrial/percussie), Julian Edwardes (elektronica/improvisatie) en Gert-Jan Prins (elektronische noise).
programma
18.00 uur inloop
19.00 Noire Antidote en Tjalling de Leeuw
20.00 Julian Edwardes
21.00 Gert-Jan Prins
Noire Antidote en Tjalling de Leeuw
Noire Antidote is een Witch House / Post Industrial uit Nederland. Met twee full-length albums op zijn naam en verschillende live-shows over de hele wereld – van Rusland tot de Verenigde Staten en talloze zalen in heel Europa – heeft Noire Antidote in korte tijd een sterk project neergezet. Zijn live-shows worden omschreven als hypnotiserend en meeslepend. Aan de bezetting is voor deze gelegenheid Tjalling de Leeuw toegevoegd. Hij verzorgt de percussie.
Julian Edwardes
Julian Edwardes is muzikant en componist met een achtergrond in de beeldende kunst. In zijn muziek creëert hij met zijn modulaire synthesizer, laptop en elektronica gruizige landschappen. Hij maakt gebruik van instabiele systemen en feedback schakelingen om vorm, taal en bestaansrecht van zijn werk te bevragen.
Gert-Jan Prins
Gert-Jan Prins begon zijn carrière als drummer. Inmiddels omvat zijn werk performances, geluid-installaties, composities, elektronische schakelingen en samenwerkingen met andere muzikanten en kunstenaars. Prins onderzoekt de sonische en muzikale kwaliteiten van ruis, elektronische ‘noise’ en andere geluidselementen door gebruik te maken van elektronica en slagwerk: media die hij ook als beeldende installaties inzet. Prins legt in zijn werk zowel verbanden met zowel de huidige elektronische clubcultuur als met de performance- en machinekunst uit de jaren tachtig.