De solotentoonstelling van Peter Otto (Rotterdam, 1955) omvat werken die hij sinds 1993 maakte: schilderijen, tekeningen, sculpturen en kunstenaarsboeken die uit verschillende kunstcollecties afkomstig zijn. Hij toont een zoektocht naar betekenis en schoonheid waarin tegelijkertijd de betekenis van het voorwerp ontwricht kan raken. Met zijn beeldend werk en publicaties wil Otto grote levensvragen indringend gestalte te geven. Hij stelt de metafoor van het diepe lijden en de zingeving in de beeldende kunst centraal. Otto heeft een uitgesproken voorkeur voor kunstenaars als Philip Guston, Louise Bourgeois en Luciano Fabro. Zij zijn een duidelijke context voor zijn beeldende taal.
RANDPROGRAMMA – Peter otto en Otto Snoek
Op 15 september nodigt Peter Otto de toonaangevende fotograaf Otto Snoek uit voor een gesprek in de vorm van een interview. Aan de hand van beeldmateriaal worden de beweegredenen en manier van werken van Otto en Snoek tegen het licht gehouden. Vanaf het eerste moment zijn deze kunstenaars inhoudelijk gelijkgesteld, als ongepolijste vreemdelingen in een naar barokke beelden verwende maatschappij. De gemene deler in hun werk is het maatschappelijke engagement en gevoel voor symboliek. Beiden komen uit Rotterdam en ze reisden in 2010 samen door Bosnië-Herzegovina.
Otto Snoek (Rotterdam, 1966) legt messcherp en even genadeloos als onbevangen de wereld om zich heen vast. Bekend is de fotograaf vooral van zijn foto’s van stadsgenoten, terwijl zij massaal consumeren, feesten, supporteren. De uitgesproken volkse taferelen weet hij keer op keer in opmerkelijke beelden te vangen. In de wezenloze massa isoleert Snoek het dolende individu.
PERS
‘Peter Otto (1955) is zo’n kunstenaar die eigenlijk alle media gebruikt zonder dat het ene voor het andere onderdoet. Hij schildert, aquarelleert, tekent, blaast glas en maakt sculpturen. Allemaal hebben ze inhoudelijk duidelijk overeenkomsten maar hun uitdrukkingsvorm kent een grote verscheidenheid. Oftewel, zijn tentoonstelling had ook een groepstentoonstelling kunnen zijn met een mooie inhoudelijke lijn.’ – Niek Hendrix, Lost Painters